Skip to main content
Springer Nature - PMC COVID-19 Collection logoLink to Springer Nature - PMC COVID-19 Collection
. 2021 Aug 27;64(10):58. [Article in Dutch] doi: 10.1007/s12445-021-1249-1

Is positieve Gezondheid een aanwinst voor de huisarts?

Peter Lucassen 1,
PMCID: PMC8397849  PMID: 34483355

Samenvatting

Het is verheugend dat er een boek is verschenen over betekenisvolle zorg voor patiënten in de huisartsenpraktijk. Er is veel te zeggen voor het concept Positieve Gezondheid. Het verrijkt onze kennis en het is inspirerend. Toch is een aantal kritische kanttekeningen hierbij ook op zijn plaats.


Machteld Huber, Hans Peter Jung, Karolien van den Brekel-Dijkstra | Handboek Positieve Gezondheid in de huisartspraktijk. Samenwerken aan betekenisvolle zorg | Houten: Bohn Stafleu Van Loghum, 2021 | 272 pagina’s | € 49,95 | ISBN 978-90-368-2652-5graphic file with name 12445_2021_1249_Fig1_HTML.jpg

Dit boek is het resultaat van persoonlijke ervaringen van de auteurs met een te medisch-analytische gezondheidszorg. Dat leidde tot de wetenschappelijke constructie van een nieuwe definitie van gezondheid en daarna tot een concept: Positieve Gezondheid. Het bekendste element daarvan is het spinnenweb met de 6 dimensies van gezondheid [Online Figuur 1]. De patiënt kan dit spinnenweb invullen door per element een score te geven en hierover in gesprek te gaan met de huisarts. Dit gesprek noemt men ‘het andere gesprek’ omdat het persoonsgericht, breed en oplossingsgericht is. Het wijkt daarmee af van het probleemgeoriënteerde, ziektegerichte gesprek binnen de medisch-analytische denkwijze. Het gaat dan niet meer zozeer om controle, maar om adaptatie, veerkracht en betekenisvol leven. Belangrijke elementen van het andere gesprek zijn aandachtig luisteren, oplossingsgerichte vragen stellen en gebruik van het Actiewiel als hulp bij besluitvorming [Online Figuur 2]. Het andere gesprek is nuttig bij mensen met een chronische aandoening, ggz-problemen, eenzaamheidsproblematiek of SOLK. Dat geldt ook voor frequente huisartsbezoekers en mensen met langdurige COVID-19-klachten.

Het Handboek Positieve Gezondheid bestaat uit 2 delen. Een deel met de achtergrond en het ontstaan van Positieve Gezondheid in relatie tot de toekomst van de huisartsgeneeskunde (met aansluiting bij de kernwaarden van de huisartsgeneeskunde) en een deel over de toepassing van Positieve Gezondheid in de huisartsenpraktijk. In dit tweede deel gaat het over Positieve Gezondheid in de spreekkamer (het andere gesprek), de praktijk, de wijk en (inter)nationaal beleid.

Hoewel ik blij ben met een nieuwe publicatie over betekenisvolle persoonsgerichte zorg, heb ik 2 belangrijke bezwaren. Mijn eerste bezwaar gaat over hoe de auteurs Positieve Gezondheid positioneren. Om de noodzaak van Positieve Gezondheid te verduidelijken, schetsen zij een welhaast karikaturaal beeld van de huidige zorg. Zij schrijven bijvoorbeeld: ‘Voor de meerderheid van de gepresenteerde klachten in de huisartsenpraktijk is de medisch-analytische werkwijze daarom dus niet geschikt’. En even verder: ‘Wat kan Positieve Gezondheid hierin betekenen? Het kan tegenwicht bieden aan deze verkokerde wijze waarop wij de gepresenteerde klachten van patiënten benaderen, die je “hoe kom ik ergens vanaf”-geneeskunde zou kunnen noemen.’ Er staan veel van dit soort teksten in het boek. Ik vind het een miskenning van de aandacht binnen de (huisarts)geneeskunde voor persoonsgerichte communicatie en behandeling. De inhoud van het concept Positieve Gezondheid is niet nieuw. Er is een lange traditie van aandacht voor de persoon en zingeving. Zie de grote mate van aandacht die de huisartsopleidingen eraan besteden, het Handboek effectieve communicatie in de huisartspraktijk, Het geneeskundig proces, de NHG-Standaard SOLK en vele (inter-)nationale publicaties. De dimensies van Positieve Gezondheid maken al lang deel uit van de ICF, de internationale classificatie van menselijk functioneren. Het zou de auteurs sieren als ze meer aansluiting zochten bij wat bekend is en daarop voortbouwen.

Mijn tweede belangrijke bezwaar is het ontbreken van evidence. Hoewel het concept Positieve Gezondheid op een wetenschappelijk valide manier tot stand is gekomen, ontbreekt het aan bewijs dat dit werkt. Het enige voorbeeld dat ik in het boek kon vinden, was de toepassing van het Positieve Gezond-heidsconcept in 1 huisartsenpraktijk nadat alle praktijkmede-werkers waren geschoold in de methode. Resultaat was een toename van ervaren kwaliteit van zorg en werkplezier en afname van het aantal verwijzingen. Het is in deze methodologische opzet zonder controlegroep onduidelijk of de effecten echt werden veroorzaakt door de invoering van het concept.

Kortom, het is mooi dat dit boek er is. Het zal voor geïnteresseerden zeker inspiratie en kennis brengen. Maar een volgende editie zou erbij winnen als de auteurs beter zouden aansluiten bij de ontwikkeling die de (huisarts)geneeskunde al heeft doorgemaakt en als zij overtuigend kunnen laten zien dat het onze patiënten werkelijk helpt, want dat is waar het ons om gaat.

WAARDERING: •••••


Articles from Huisarts En Wetenschap are provided here courtesy of Nature Publishing Group

RESOURCES